Ik heb dit jaar nog niet veel kunnen vissen. Een blank in januari op een bekend water, een blank op een nieuw water in Duitsland in februari en in maart op een tweede verenigingswatertje dat ik ook niet ken. En toen nog een in het water gevallen visvakantie eind mei. Niet letterlijk, maar ik werd vreselijk dwars gezeten door een stel… ik zal er geen woorden meer hier aan vuil maken. Het was al vervelend genoeg. Snel vergeten. Nu mijn vrouw Cynthia “in between jobs” thuis is, kan papa 2 maandjes de weekenden proberen weg te komen. Ik heb nu om de week een vrijdag vrij van werk en per september, als Cyn met haar nieuwe baan begint, zelfs elke vrijdag. Maar dan is papa bij de kindjes. Nu mama thuis is, kan ik dus nog weg.
Donderdagavond trap ik de auto snel vol. Eten voor drie dagen mee en hup kijken of er een stek vrij is. Als er 3 stekken bezet zijn heeft het nog weinig nut om aan te sluiten. Over het algemeen komen er dan weinig vissen uit, die kennen de klappen van de zweep nu wel. Er is dus nog een watertje in de buurt dat bij dezelfde vereniging hoort 5 minuten rijden verderop, waar ik dus in het vroege voorjaar het even heb geprobeerd. Zoals verwacht kom ik daar terecht want zelfs op donderdagavond waren alle stekken al bezet. Het is nu ook bouwvak dus ja. De parkeerplaats is leeg dus ik heb goede hoop dat ik het water voor mij alleen heb.
Het is een historisch watertje. Heel klein en het ligt in een fantastische natuurlijke omgeving. Ik gok zo’n 20 jaar geleden zwommen hier bizar mooi beschubte spiegels. En ze waren vooral voor die tijd ook nog eens heel zwaar, tussen de 15 en 20 kilo. Men kwam uit heel het land, speciaal hier naar toe om ze te proberen te vangen. Proberen, want het was er toen heel taai. Niet zo raar ook, want er werd veel gevist. Tot de vereniging besloot om er voor de witvissers honderd kruiskarpertjes in te gooien. Een klassieke fout die heden ten dagen nog steeds wordt gemaakt helaas. Het hele bestand lag in datzelfde voorjaar op zijn rug. Er zijn letterlijk tranen gevloeid van sommige karpervissers.
Na die tijd zijn er weer nieuwe uitzettingen gedaan met mooi beschubte spiegels. En die zwemmen er nog altijd. Niet zo zwaar als toen, maar wel net zo mooi. Van een paar vissen weet ik dat ze hier zwemmen, de rest is me onbekend, en dat vind ik altijd wel leuk. Een verrassing die in je net glijdt. De eerste keer dus na die blank in het voorjaar is nu begin augustus. Door de drukte op het werk en de warme dagen, ben ik er ook wel aan toe. Even naar moeder natuur om bij te komen.
Het water is door de droogte enorm gezakt. Iets waar ik wel een voordeel van zie want het water bestaat uit 2 delen. Een ronde plas aan de ene kant, die gedeeld wordt door een partij bomen en struiken en in verbinding staat via een brede diepe sloot naar de wat rechthoekige plas. Deze heeft links en rechts een eiland. Deze staan vol met struiken die over het water hangen en ware karpermagneten zijn. De vissen hangen er altijd rondom. Maar er is dus ook gevaar op vastzwemmen in de takken. Nu het water zo laag staat, is dat gevaar tot bijna nul gereduceerd.
Ik vroeg een paar locals wat de beste aanpak is en unaniem werd er gezegd dat het tweede eiland de meeste vissen oplevert. Dus neem ik plaats aan de overkant zodat ik 1 hengel naar links kan vissen naar het tweede eiland en ook nog opties heb om naar het eerste eiland te kunnen vissen. Dit is wel wat lastig, maar middels mijn voerboot kan ik daar ook nog wel komen. Het kampement wordt opgezet en de linker kant naast het eiland wordt rijkelijk voorzien van een partikelmix. Tijgers, hennep, pinda’s, maples en duivenvoer. De rechter hengel gaat naar het eerste eiland, pal in het midden. Ik ben net voor het donker klaar en duik vermoeid mijn slaapzak in om direct in een diepe slaap te vallen.
’s Morgens word ik een beetje teleurgesteld wakker. Er is niks gebeurd afgelopen nacht. Als ik me nog maar eens omdraai klapt dan toch mijn linker hengel krom. Ik heb vanwege de toch nog aanwezige takken de boel gelockt met de rodlocks van Poseidon Angelsport. En dat is maar goed ook, want het gaat hard! Snel ontgrendel ik de achtersteun en blok de vis rustig verder af. Mijn hengel gaat hoepeltje rond en heel langzaamaan wordt de weerstand minder en kan ik de hengel naar achteren brengen. Een paar grote woeste kolken in de kant verraden waar de vis zich bevindt. Als de vis voorbij het eiland is, kan ik wat rustiger aan doen en de slip wat losser zetten. De dril verloopt soepel en er glijdt een prachtige rijenachtige spiegel mijn landingsnet in. Lekker begin van de dag zo!
Als ik de vis, die helaas een schub is verloren, op de foto heb gezet leg ik de hengel weer op dezelfde stek. De percolator gaat op het vuur en de geur van verse koffie prikkelt mijn neusgaten. Wat een genot. Mooie hobby hebben we toch, niet? Een ijsvogel scheert over het water en achter mij ramt een specht met zijn snavel op een oude eik, op zoek naar larven. Een koppel futen heeft 4 jonkies die continu om eten vragen. Leuk om naar te kijken.
Pas laat in de middag krijg ik een tweede aanbeet. Ditmaal van het rechter eiland. De hengel plooit weer angstvallig naar rechts en nadat ik de hengel vast heb, schiet hij recht. K#tz##i ! Als ik de hengel binnen draai, blijkt de haak nog super scherp. Ik besluit er voor de zekerheid een shot op te plaatsen. Ook vaar ik deze rig meer naar rechts naast het eiland in plaats van er pal vóór. Ik hoorde daar namelijk vannacht vissen van achter het eiland springen. Dus wellicht kan ik ze zo onderscheppen.
Pas de volgende ochtend komt uitgerekend die hengel tot leven. Er moet weer flink geblokt worden maar het gaat perfect. Na een rustige dril glijdt er een schub met een prachtig donkerbruine kleur mijn net in. Alsof hij in de vernis staat! Na de foto’s gaat de rig weer op dezelfde plek en ik besluit nu aan de overkant, rechts van het 2e eiland partikels te voeren omdat ook daar telkens een vis springt. De linker hengel komt nu met een chod waaraan een cocoon pop-up van WBBaits zit, op de nieuwe stek links voor het eiland. Ook hier moet ik er snel bij zijn want er hangen flink wat bosschages over het water.
Als alles naar mijn zin goed ligt, ga ik met een bak koffie lekker op mijn stoel zitten genieten. Maar niet voor lang want de rechter hengel loopt weer af. Het blokken verloopt weer prima en na een korte dril glijdt er wederom een mooie rijenachtige spiegel het net in. Maar nog voor ik de vis op de mat til zie ik een schub die mist uit de rij… het is verdorie dezelfde vis als gisteren! 30 uur zit er tussen. Dat maak ik niet vaak mee. Blijkbaar heeft hij honger.
Als zondagochtend de linker hengel met de chod er vandoor gaat, vang ik nog een prachtige dikke spiegel als afsluiter. De rechter hengel heeft dan al zo’n 24 uur niks opgeleverd en als ik die binnen draai zie ik hoe dat komt. Blijkbaar is mijn rig vanuit de voerboot recht in de “bek” van een enorme zwanenmossel gevallen en die is dichtgeklapt. Ik moet mijn voet op de lijn zetten om de rig eruit te trekken, zo klem zit hij.
De tweede sessie op het putje
Twee weken later kan ik weer voor drie dagen weg. De eerste optie is wederom druk bezet dus we rijden weer naar het kleine watertje. Gelukkig staat er weer geen auto en kan ik mijn kar volgooien. Maar voordat ik dit doe moet ik eerst naar de struiken rennen met een rol wc papier! Cynthia was thuis al niet lekker en nu heb ik het blijkbaar ook te pakken. De zomergriep noem ik het maar, want na een lange warme periode heb ik dat steevast elk jaar. Tijdens het opbouwen van het kampement, moet ik om de haverklap rennen met de wc rol. Ik voel me steeds zwakker en beroerder. Het lukt me om de hengels op de stekken te krijgen maar de nacht verloopt met alleen maar overgeven en diarree. Verder krijg ik geen actie.
Wel staat mijn maatje Ingmar ’s morgens aan de overkant en wil hier ook aan de gang. Hij gaat achter het eerste eiland zitten. Overdag gebeurt er bij mij niet veel, maar Ingmar verspeelt een vis aan een overhangende tak. Om 16 uur klapt dan eindelijk de partikelmix hengel links naast het eiland dubbel. De dril gaat goed en nog vóór de vis in het net zal glijden, weet ik al welke er aan hangt. Het is wéér die rijenspiegel!!! Niet normaal. Van de vele vissen hier, vang ik drie keer dezelfde.
Zaterdag verloopt ook rustig. Het is best tam. Aan de ene kant logisch want de rechterkant wordt min of meer geblokt door Ingmar. Maar nadat hij een tweede vis verspeelt aan dezelfde tak, besluit hij te verkassen naar het andere deel van dit complex. Geen slechte keuze blijkt achteraf. Ik besluit weer wat te voeren links voor het linker eiland, maar nu met halve boilies. En daarop een rode cocoon pop-up. Die bevallen me inmiddels wel. Het duurt dan ook nog geen kwartier voordat die hengel afloopt, maar ik verspeel deze hopeloos in de takken. 55/00 fluorocarbon lijn als naaigaren doormidden zonder er al teveel kracht op te hebben gezet. Ik maak er snel een nieuwe leader en chod aan en werp weer in. Pas de volgende ochtend loopt hij weer af en nu gaat het gelukkig wel goed.
De vis scheert vlak voor de takken langs en daarna kan ik hem rustig afdrillen. Ik zie dat het weer een mooi beschubte spiegel is, en even dacht ik dat het hem weer was. Maar nee, deze lijkt wat kleiner. Totdat ik hem op de mat hijs en eens goed bekijk. WTF!! Dit geloof je niet. Het is hem wéér!! En nu zelfs binnen 17 uur tijd. Echt bizar dit. Wat een veelvraat is dit gekke beest, die bovendien geen problemen heeft met piercings. Ik denk dat we deze vis met recht “de vis van Tom” mogen noemen.
Advertentie: